8 fouten die je maakt als je start met sporten
Het mooie van fouten is dat je ervan kan leren. En dat ze in veel gevallen al door iemand anders zijn gemaakt en je dáár dus van kan leren, zonder dat je ze zelf hoeft te maken. Zo ook deze 8 fouten die door veel beginnende sporters worden gemaakt. Welke komen jou bekend voor?
1. Je verwacht perfectie
Met stip op één in deze lijst. Je verwacht perfectie: een mooie, rechte lijn naar je doelen, zonder setbacks, zonder fouten, gewoon alles in één keer goed. Maar zo werken dingen niet. En dat is niet erg! Onderzoek heeft aangetoond dat het veranderen van je gedrag (bijvoorbeeld drie keer per week gaan sporten, of vaker de auto laten staan) niet langer duurt wanneer je af en toe een misstap maakt. Dus, hoe afgezaagd het ook klinkt: embrace the process en wees streng voor jezelf, maar niet te streng.
2. Je denkt in ‘goed’ en ‘fout’
Goed en fout hoor je vaak in relatie tot voeding, maar het geldt voor veel meer. Het probleem met in goed en fout denken is dat je, wanneer je iets ‘goeds’ hebt gedaan, jezelf onbewust een vrijkaart geeft om ook iets ‘slechts’ te doen. Heb je dat weekend bijvoorbeeld een lange fietstocht gemaakt, dan kan je toch best die geplande groepsles op maandagavond overslaan? Heb je ‘gezond’ gegeten, dan is het vast niet zo erg dat je de 10.000 stappen niet haalt? Af van die labels dus!
3. Je gelooft in de magie van morgen
Het is niet erg dat het vandaag niet lukt om te sporten, want je gaat morgen wel. Maar in realiteit blijf je je voorgenomen acties eindeloos uitstellen. We geloven dat morgen een betere versie van onszelf brengt. Dat morgen alles anders is. Zo zegt ook de wetenschap. En dit geldt nog veel sterker voor het beeld dat we op lange termijn van onszelf hebben. Trap er niet in! Als je over een jaar fitter, sportiever of actiever wilt zijn dan vandaag, dan vraagt dat nu om actie.
4. Je verwacht morgen resultaat
Dat je vandaag start, betekent echter niet dat je er morgen al bent. Alle verandering heeft tijd nodig. Of dat nu gaat om het halen van sportieve doelen, het aanwennen om fietsend naar je werk te gaan, ‘s ochtends te gaan hardlopen. Met tijd en consistentie kom je er, dus geef niet op als resultaat even op zich laat wachten.
5. Je wil niet
Je ‘moet’ sporten, je ‘moet’ de auto laten staan, je ‘moet’ nog 2.000 stappen zetten, je ‘moet’ wat vaker van die bank af komen. Het voelt allemaal als een verplichting, waardoor je motivatie – als je die al had – snel daalt.
Tip? Maak jouw voornemen leuk! Vind iets waar je plezier aan kan beleven om te voorkomen dat je het binnen de kortste keren allemaal niet meer ziet zitten. Ga van ‘moeten’ naar ‘mogen’, ‘kunnen’ of ‘willen’. Belangrijk hierbij is ook dat je het nut inziet van je voornemen. Dus waarom wil je X meer of minder doen? Wat is jouw drive?
6. Je keuzes passen niet bij je doelen
Waarom wil je (meer) gaan sporten? Als het is om af te vallen, is yoga misschien niet de beste sportkeuze. Als je altijd hebt gedroomd van een fietsvakantie, past spinning waarschijnlijk beter dan BodyShape of krachttraining. Kortom: zorg dat de keuzes die je maakt, je daadwerkelijk gaan helpen om je doelen te bereiken. Anders is de kans groot dat je motivatie verliest.
7. Je bent te fanatiek
Enthousiasme is fantastisch, maar loop niet te hard van stapel, zeker als je een tijdje wat minder actief bent geweest. De kans dat je een blessure oploopt, overbelast raakt of simpelweg het plezier in bewegen verliest omdat alles voelt als een onmogelijk zware opgave, is dan erg groot. En dat leidt tot teleurstelling, die funest is voor je motivatie.
Dus ga aan de slag, maar pas de intensiteit, frequentie en duur van je sportplannen aan op je niveau. Liever rustig opbouwen en de rest van je leven door kunnen sporten, dan na twee maanden alweer uitgeblust, ontmoedigd en met een kersverse blessure op de bank te zitten!
8. You’ve got this
Als er een ding duidelijk is geworden uit het vele onderzoek dat is gedaan naar het veranderen van gewoontes, is het hoe belangrijk het is om in jezelf te geloven. Als jij niet gelooft dat je je doelen kan halen, is de kans erg klein dat het je gaat lukken. Dus stop met twijfelen! En help jezelf om zelfvertrouwen te bouwen. Bijvoorbeeld door te zorgen dat je een stok achter de deur hebt (een sportmaatje bijvoorbeeld, of een hardloopclub, personal trainer, een teamsport waar je echt aanwezig moet zijn). Communiceer je doel naar anderen, zodat zij je kunnen steunen. En zorg er natuurlijk voor dat je doel realistisch is.
Ook het maken van een plan kan helpen, evenals het opbreken van je grote, overkoepelende doel in kleinere, behapbare stukjes. En: geef jezelf een schouderklopje als dingen goed gaan!
Beginnersfouten terug horen in een filmpje? Bekijk het hier!