Spring naar content

Borging: houd beweegaanbod in stand

Heb je als coördinator, buurtsportcoach of sportaanbieder een succesvolle beweegactiviteit of interventie, dan is er alle reden om die in stand te houden. Oftewel: borgen. Normaal gesproken is dat makkelijker en goedkoper dan een nieuwe op te zetten met vergelijkbaar succes[1]. Ook kun je met opgedane ervaringen je aanbod nog succesvoller maken. Voor beleidsmakers is het belangrijk om borging te stimuleren. In dit artikel vind je handvatten om de kans op borging te vergroten. 

Borgen vormt onderdeel van een goede implementatie. Toch is de aandacht voor dit onderdeel in de wetenschappelijke literatuur beperkt. Het RE-AIM model, dat gericht is op maximale impact en dat al 25 jaar bestaat, neemt borging wel mee[2]. RE-AIM staat voor:

  • Reach: bereik van de doelgroep;
  • Effectiviteit van de aanpak;
  • Adoptie: kort gezegd bereidheid om interventie te (blijven) aanbieden;
  • Implementatie: van de interventie zoals bedoeld;
  • Maintenance: oftewel borging. 

Het model richt zich op het behoud van beweeggedrag van deelnemers en de aanpak, maar Kenniscentrum Sport & Bewegen beperkt zich in dit artikel tot het laatste. Het niet doorzetten van een activiteit heeft vaak meer gevolgen dan alleen voor de betreffende activiteit. Zo is de kans groot op afname van motivatie en enthousiasme bij de betrokken professionals en organisatie(s) om nog eens samen te werken.  

Het belang van monitoring en evaluatie

Borging betekent niet dat alles hetzelfde moet blijven[3]. In de loop van de tijd kunnen er veel redenen zijn om de aanpak te veranderen, bijvoorbeeld bij veranderende wet- en regelgeving, veranderende rollen van betrokken partners of verschuiving in behoeften van de doelgroep.

Voor borging is het daarom noodzakelijk om regelmatig te monitoren en evalueren. Zo krijg je input op welke punten je een aanpak – of de organisatie daarvan – kunt verbeteren. Hoe uitgebreid, op welk onderdeel, welke vorm en door wie hangt af van de situatie. Ook laagdrempelig input verzamelen kan geschikt zijn. Stel bijvoorbeeld vragen aan deelnemers om na te gaan of ze tevreden zijn. 

Regelmatig monitoren en evalueren samen met betrokkenen heeft naast het beter maken van de aanpak nog een functie: het draagt bij aan draagvlak en onderlinge verbinding. Lees hier meer praktische informatie over monitoring en evaluatie.

Basis: begin op tijd

Pas serieus denken aan borging op het moment dat een aanpak een succes is of tegenvalt, is een valkuil. Nadenken over het behoud doe je eigenlijk al vanaf het begin van de ontwikkeling van de nieuwe activiteit of aanpak. Niet alles hoeft dan al helemaal dichtgetimmerd te zijn, maar maak wel een begin en zorg dat je regelmatig het borgingsplan erbij pakt en deze verder verbetert. 

Soms heb je bij de start al het idee dat borging lastig wordt, bijvoorbeeld als je volledig afhankelijk bent van een tijdelijke subsidie. Op tijd beginnen geeft in zo’n geval voldoende tijd om een borgingsplan uit te werken en stakeholders mee te nemen in dit proces. Deze stakeholders heb je later weer nodig, op tijd betrekken is goed voor het noodzakelijke draagvlak. Op een goede manier bezig zijn met borging kost altijd tijd, en dus ook geld. Houd hier rekening mee vanaf de start, maar ook op het moment dat een activiteit loopt. 

Checklist borging

Hieronder lees je meer over de checklist borging van Implementatie Sport & Bewegen.

Inhoudelijke borging

Het startpunt voor inhoudelijke borging is een goede beschrijving van de activiteit. Met een goede beschrijving blijven details over onderbouwing van de activiteit, van de inhoud en uitvoering, kwaliteitsborging en ondersteuning en scholing bewaard. Twee zaken van de inhoudelijke borging zijn een absolute voorwaarde voor het voortbestaan: voldoende deelnemers aan de ene kant, en voldoende bekwame begeleiders aan de andere kant. 

Blijvend voldoende deelnemers hebben, betekent in de eerste plaats dat je aanbod aantrekkelijk moet blijven voor de huidige deelnemers. Maar aan de andere kant is er ook altijd sprake van wat verloop, waardoor je ook op de wensen van nieuwe deelnemers moet inspelen. Gebruik bij zowel oude als nieuwe deelnemers de input van de deelnemers zelf: wat houdt het leuk en hoe zou je niet-deelnemers kunnen werven? Wie werft, met welke boodschap, en via welke media[4]

Ook onder begeleiders is er verloop of tijdelijke uitval. Houd bestaande begeleiders betrokken, gemotiveerd en op de hoogte van nieuwe kennis met scholing en passende aandacht en beloning. Zorg voor vervangers bij (langere) tijdelijke uitval en begin op tijd met het opleiden van vervangers. Lopen je deelnemers weg door gebrek aan goede begeleiding, dan heb je ze niet zo maar terug als er een nieuwe begeleider is. 

Voorbeeld van een goede beschrijving

Heb je een voorbeeld nodig wat je op kunt schrijven als basis voor de borging? Neem dan een kijkje in de database ‘erkende interventies’. Bij alle interventies vind je een  uitgebreide beschrijving met dezelfde onderdelen, zoals doel en doelgroep. Kies een interventie, dan zie je onder het kopje ‘Meer informatie’ een link naar een .pdf met de uitgebreide beschrijving van de desbetreffende interventie. Selecteer voor je eigen beschrijving de onderdelen die je relevant vindt. Wil je een interventie hebben die mogelijk lijkt op die van jou, selecteer dan bijvoorbeeld eerst op doelgroep, thema en setting. 

Organisatorische borging

In eerste instantie is het bij organisatorische borging belangrijk dat er een (coördinerende) kartrekker is. Bij voorkeur met achtervang, mocht de kartrekker uitvallen. Een kartrekker kan nooit alleen verantwoordelijk zijn voor het voortbestaan. Anderen hebben ook rollen en taken die bijdragen aan het voortbestaan. Zorg daarom voor ruimte om het draagvlak onder stakeholders en collega’s te blijven stimuleren. 

Verder is het belangrijk dat de aanpak of interventie aansluit bij het beleid. Dit geldt voor het beleid van de uitvoerende organisatie en van de gemeente, als die ook een partij is. Opname in het beleid maakt duidelijk dat het tot de kerntaken behoort. Tegelijkertijd wordt het daarmee lastiger om de activiteit zonder goede onderbouwing te schrappen.

Financiële borging

Ten slotte: zijn er voldoende financiële middelen voor het voortbestaan? Het gaat dan niet alleen om de uitvoering zelf, maar ook de andere activiteiten die nodig zijn, zoals coördinatie, scholing en organiseren van bijeenkomsten. Wil je een nieuwe activiteit starten vanuit een grote tijdelijke subsidie, vraag je dan af of starten handig is als er geen enkel zicht is op de financiering daarna. 

Onderdeel van financiële borging is ook de bijdrage die je van deelnemers vraagt. In de praktijk blijkt het niet wenselijk om een interventie of doorlopende activiteit gratis aan alle deelnemers aan te bieden. Het is lastig om ineens een bijdrage te vragen op het moment dat de subsidie wegvalt. 

Financiering vanuit verschillende bronnen maakt je activiteit minder financieel kwetsbaar. Ook is dat voor financiers een signaal dat zij niet de enige zijn die het initiatief belangrijk vinden. Wees creatief bij het vinden van financiers. In de sportsubsidie database vind je subsidies van zeer uiteenlopende bronnen. 

Meer weten?

Bronnen

  1. Lau EY, Ashe MC, Ross SET, Pate RR. Editorial: Sustainability of physical activity interventions and public health. Front Public Health. 2022 Dec 21;10:1115411.
  2. Glasgow RE, Harden SM, Gaglio B, Rabin B, Smith ML, Porter GC, et al.. RE-AIM planning and evaluation framework: adapting to new science and practice with a 20-year review. Front Public Health. (2019) 7:64.
  3. Shelton RC, Cooper BR, Stirman SW. The Sustainability of Evidence-Based Interventions and Practices in Public Health and Health Care. Annu Rev Public Health. 2018 Apr 1;39:55-76.
  4. Boekhout J, Hut R, Lechner L, Peels D. “I don’t Believe in Age; I Believe in Staying Enthusiastic”: A Qualitative Study Into Recruitment Strategies Stimulating Middle-Aged and Older Adults to Join Physical Activity Interventions. Geriatrics (Basel). 2024 Jun 13;9(3):80.