Hoe ervaren buurtsportcoaches bewegen met kinderen van 0 tot 6 jaar?
Werk jij als buurtsportcoach met kinderen tussen de 0 en 6 jaar oud, of wil je dat gaan doen? Waar bestaat jouw aanbod precies uit? Met wie werk je samen? En waar zie je kansen? Een greep uit de vragen die wij stelden wij aan buurtsportcoaches uit heel Nederland. Dit zijn de opvallendste resultaten uit de peiling.
Als buurtsportcoach speel je een belangrijke rol in beweegstimulering. Kenniscentrum Sport & Bewegen en Wij Buurtsportcoaches vroegen zich af: wat doen buurtsportcoaches eigenlijk voor de allerjongste kinderen? Samen ontwikkelden we een vragenlijst om onderzoek te doen naar de vragen, tips en ervaringen met de doelgroep 0 tot 6 jaar. In totaal vulden 54 buurtsportcoaches de vragenlijst in.
Bekijk het complete rapport van onze peiling onder buurtsportcoaches.
Vooral aanbod voor 4- tot 6-jarigen
De meeste buurtsportcoaches die de vragenlijst invulden, hebben al aanbod voor kinderen van 0 tot 6 jaar. Het overgrote deel daarvan richt zich op de 4- tot 6-jarigen, de groep die je als buurtsportcoach al bereikt via school en de sportvereniging. Ook voor de 2- tot 4-jarigen is redelijk wat aanbod, maar de allerjongste kinderen vallen er vaak nog buiten. Buurtsportcoaches bieden met name sport- en beweeglessen aan. Ook worden ouders en partners bewust gemaakt van het belang van bewegen voor jonge kinderen en doorverwezen naar lokale beweegactiviteiten.
Belang van bewegen voor de allerjongsten
Voor kinderen van 0 tot 6 jaar is bewegen essentieel, omdat zij motorisch, cognitief, sociaal en emotioneel een positieve ontwikkeling doormaken als ze veel en gevarieerd bewegen. Die goede motorische ontwikkeling legt bovendien de basis voor een leven lang plezier in sporten en bewegen. We weten namelijk dat kinderen die vaardig zijn in bewegen, ook op latere leeftijd meer bewegen. En andersom: kinderen die niet goed leren bewegen, hebben minder zelfvertrouwen en vallen eerder uit bij sport.
Gedeelde verantwoordelijkheid
Buurtsportcoaches willen in de toekomst graag meer activiteiten aanbieden aan álle jonge kinderen. De respondenten zien dit ook als hun verantwoordelijkheid, maar zeggen daarbij: wij kunnen dit niet alleen. Zonder samenwerking met lokale partners, zoals sportverenigingen, scholen, kinderopvang en de gemeente, lukt het niet.
De buurtsportcoaches uit het onderzoek werken bijna allemaal al samen met lokale partners en zijn daar ook tevreden over. De top-vier van partners bestaat uit het onderwijs, sport- en beweegaanbieders, de gemeente en de kinderopvang. Ook consultatiebureaus en jeugdgezondheidszorg, JOGG (Jongeren Op Gezond Gewicht) en jeugdzorg werden enkele keren genoemd. Buurtsportcoaches werken nog relatief weinig samen met andere zorgpartijen – daar liggen kansen.
Voorbeelden van samenwerking met lokale partners
- Clinics met loopfietsjes bij kinderdagverblijven
- Beweegprogramma bij een speeltuin (gecombineerd met eettips)
- Informeren van de jeugdgezondheidszorg over de rol van de buurtsportcoach
- Beweegprogramma waarbij peuters en ouderen dagelijks samen bewegen in een zorginstelling
- Een aantal buurtsportcoaches wordt ingehuurd als vakleerkracht in de kleuterklassen op school
- Anderen worden ingehuurd door de kinderopvang om beweeglessen voor peuters te verzorgen
- Verzorgen van naschoolse kleuterlessen met als doel doorstroming naar de verenigingen te creëren
Praktijkvoorbeeld: buurtsportcoach en JGZ
Twee buurtsportcoaches uit Kennemerland hebben met de jeugdverpleegkundige en jeugdarts een aantal activiteiten bedacht. In een informatief filmpje stellen de buurtsportcoaches zichzelf voor, zodat de jeugdgezondheidszorg (JGZ) in de regio weet waar zij hen voor kunnen inzetten. Op de website van de buurtsportcoaches staan beweegtips voor ouders en een overzicht van lokaal beweegaanbod voor 0 tot 4 jaar. Hier kan de JGZ ouders naar verwijzen. Meer over dit project en andere ervaringen uit de praktijk lees je in dit artikel.
Bewustwording en actie bij partners en ouders
Lokale partners, maar ook ouders, zijn zich steeds bewuster van het belang van bewegen voor jonge kinderen. Toch valt hier nog veel te winnen, vinden de deelnemers aan het onderzoek. Het belang van bewegen moet op alle niveaus in de keten doordringen. En alle niveaus in de keten hebben een taak in de uitvoering. Alleen zo bereik je dat jonge kinderen structureel meer en beter bewegen. De respondenten zien hierbij vooral een coördinerende rol voor de buurtsportcoach.
Een aandachtspunt is bijvoorbeeld de betrokkenheid van ouders en hun kennis over het belang van bewegen en een goede motorische ontwikkeling. Maar buurtsportcoaches meldden ook dat bijvoorbeeld veel sportverenigingen nog niet weten waarom beweegstimulering voor de allerjongsten zo belangrijk is. Ze willen in contact treden met sportverenigingen, om (beter) aanbod bij clubs te creëren voor deze doelgroep.
Bijscholing en ondersteuning
Deze jonge leeftijdsgroep krijgt in de diverse opleidingen van buurtsportcoaches nauwelijks aandacht. Een deel is al wel bijgeschoold voor 0 tot 6 jaar, maar toch hebben velen behoefte aan extra scholing. Vooral op het vlak van kennis over motorische ontwikkeling en hoe je dat praktisch vertaalt naar passend aanbod. Naast goede sport- en beweegprogramma’s of leuke activiteiten, hebben buurtsportcoaches behoefte aan praktische instrumenten en middelen. De motivatie is er vaak wel, maar het ontbreekt aan geld of tijd om iets voor deze doelgroep te doen. Zeker als de werkgever inzet op andere doelgroepen.
Wat doen we met de resultaten?
De uitkomst van deze peiling helpt ons om de juiste kennis(producten) en praktische tips voor buurtsportcoaches te verzamelen, ontwikkelen en verspreiden. Zo kunnen we de beroepsgroep goed toerusten om van toegevoegde waarde te zijn voor jonge kinderen.
Aanbevelingen voor gemeentelijk beleid
We zijn benieuwd of jij je als buurtsportcoach – of als werkgever van buurtsportcoaches – herkent in de resultaten van de peiling. Het vakgebied van de buurtsportcoach is nog volop in ontwikkeling, daarom geven we nog enkele aanbevelingen voor beleid.
Als je iets wilt doen voor 0- tot 4-jarigen, ga dan samenwerken met lokale (jeugdgezondheids)zorgpartners. Deze jonge kinderen komen allemaal op het consultatiebureau of bij de GGD. Kijk hoe je samen kunt optrekken in het ontwikkelen van beweegaanbod en in voorlichting aan ouders.
De doelgroep 0- tot 4-jarigen stimuleer je niet alleen met beweegaanbod, maar ook met beleid op buitenspelen, door bewegen op de agenda van de kinderopvang te zetten en door in de openbare ruimte veilige beweegplekken voor kleine kinderen in te richten.
Maak als werkgever ruimte voor bijscholing van buurtsportcoaches op de motorische ontwikkeling.
Meer weten?
Heb je vragen over dit onderzoek, de rol van de buurtsportcoach, of mogelijke ondersteuning? Neem dan contact op met Rebecca Beck (Kenniscentrum Sport & Bewegen) of Noortje Versteegen (buurtsportcoach en vakdocent lichamelijke opvoeding in Roermond).
- Bekijk het rapport van onze peiling onder buurtsportcoaches
- Mini-learning motorische ontwikkeling: voor professionals die werken met kinderen van 0 tot 4 jaar – met praktische Beweegspelletjes en Praatplaten.
- Inspiratiegids Kleine Beweegsubsidie: praktijktips en inspiratie om bewegen bij de allerjongsten via de ouders te stimuleren
- Zo breng je al het lokale beweegaanbod voor de allerjongsten letterlijk in kaart
- Toolbox Nut en Noodzaak van bewegen voor kinderen: helpt je met ouders in gesprek te gaan over de positieve invloed van bewegen op de ontwikkeling van jonge kinderen
- Zet als buurtsportcoach in op bewegen voor 0- tot 4-jarigen