Spring naar content

Rotterdam verbindt succesvol zorg en sport met het platform Beweegcoach

Hoe zet je een samenwerking op waarbij je sport en zorg verbindt? Rotterdam Sportsupport kreeg dit voor elkaar met het online platform Beweegcoach. Hierop staat een overzicht met al het laagdrempelige sport- en beweegaanbod gericht op mensen die niet op nauwelijks bewegen. We spreken erover met Gert-Jan Lammens (directeur Rotterdam Sportsupport) en Ellen Breedveld (projectmedewerker Rotterdam Sportsupport).

Wat houdt Beweegcoach in? 

Beweegcoach is een digitaal platform met een overzicht van al het laagdrempelige sport- en beweegaanbod in Rotterdam. Dit aanbod richt zich op mensen die niet of nauwelijks bewegen en is door ons geselecteerd om kwaliteit te waarborgen. De laagdrempeligheid zit niet alleen in het niveau, maar ook in de kosten en afstand. Zorgprofessionals zoals huisartsen, fysiotherapeuten en diëtisten verwijzen cliënten naar dit beweegaanbod. Ze kijken wat bij de cliënt past en kunnen hem of haar direct aanmelden. De aanvraag komt vervolgens bij de sport- of beweegaanbieder terecht, die contact opneemt met de deelnemer en deze uitnodigt voor een proefles. Cliënten met lichamelijke klachten of een bepaalde beperking kunnen bovendien een gratis fysiocheck krijgen bij FysioHolland, waarmee we samenwerken.

Waarom startten jullie met Beweegcoach? 

We ervoeren het succes van eerdere projecten zoals ‘Bewegen naar Werk’, waarmee we mensen via sport en bewegen begeleidden naar werk. We dachten toen: kunnen we ook mensen met chronische ziekten of andere aandoeningen op deze manier helpen? Om dat effectief te doen, moesten we iets bedenken om de brug te slaan naar zorgprofessionals. Want zij zien deze mensen al. 

Beweegcoach is ontwikkeld om de werelden van sport en zorg te verbinden. We merkten ook dat zorgprofessionals overzicht misten van al het laagdrempelige sportaanbod. In de spreekkamer komen veel mensen voor wie bewegen goed zou zijn, maar zorgprofessionals hebben vaak geen idee waar ze iemand naartoe moeten sturen. Wat is er allemaal, waar en voor wie? Waar moet ik rekening mee houden als ik iemand doorverwijs? Beweegcoach biedt daarin een uitkomst.

Tot slot voelden we de maatschappelijke urgentie: we moeten met z’n allen echt de stap maken van genezen naar voorkomen. De zorg is anders niet meer te financieren. Als non-profit willen we daar ons steentje aan bijdragen. Ook wordt de kracht van bewegen nog te weinig benut om mensen weerbaarder te maken.

Welke organisaties zijn betrokken?

Toen we hiermee aan de slag wilden, zijn we in gesprek gegaan met onder andere:  

  • Gemeente Rotterdam (afdelingen Publieke Gezondheid, Welzijn, Zorg) 
  • IZER (zorggroep van en voor huisartsen in de regio) 
  • Fonds Achterstandswijken Rotterdam (opgericht vanuit huisartsen voor ‘hun’ wijken)
  • Stichting MEE
  • FysioHolland (vertegenwoordiging fysiotherapiepraktijken)

Uiteindelijk hebben ook op landelijk niveau partijen meegedacht, zoals Platform Overgewicht Nederland (PON). Want wij zijn benoemd als koplopergemeente in het Nationaal Preventieakkoord. Uiteindelijk startten we begin 2020 met Beweegcoach.

Wat zijn de belangrijkste resultaten?

Het aantal deelnemers stijgt steeds sneller. Inmiddels zijn het er zo’n 150. Let wel: dat zijn dus mensen die voorheen niet aan bewegen deden. Ook het aantal deelnemende zorgprofessionals stijgt steeds sneller. Dat zijn nu er ruim 100. Het resultaat van Beweegcoach is ook dat eigenaarschap ontstaat bij clubs: het wordt echt iets van de sport. 

Veel gemeenten werken samen met buurtsportcoaches die activiteiten aanbieden, maar wij doen het met verenigingen. Dat biedt continuïteit. Voorwaarde is wel dat je zicht hebt op de kwaliteit van het aanbod. Bijkomend voordeel: deelnemers vinden bij zo’n sportclub ook een sociaal netwerk. Wij geloven niet alleen in de kracht van bewegen, maar ook in de kracht van verenigen. Dat vergroot de kans dat ze blijven komen. 

Op ‘hoger niveau’ is het resultaat dat die verbinding tussen de domeinen steeds sterker wordt; er wordt meer doorverwezen. Ook ervaren zowel sport als zorg bijkomende voordelen, naast ‘iets goeds doen’. Voor de sport betekent het nieuwe aanwas van deelnemers en leden. Voor de zorg betekent het een kans om cliënten echt vooruit te helpen en helpt het de werkdruk verlichten doordat het makkelijker wordt om iemand door te sturen. Op termijn willen we meer resultaten gaan monitoren: de effecten op de deelnemer, de zorg(kosten) en de sport (draagt het bij aan de toekomstbestendigheid van aanbieders?).

Wat zorgt voor een goede samenwerking? 

Wat goed werkt aan de sportkant: vanuit Sportsupport weten we hoe de 350 Rotterdamse verenigingen in elkaar zitten, daar kunnen we op inspelen. We houden ook jaarlijks een Vitaliteitsmonitor, waarmee we bijhouden hoe vitaal clubs zijn. Met de vitale clubs gaan we in gesprek of ze maatschappelijk meer willen doen. Als zij aanhaken, komt het dus vanuit intrinsieke motivatie en vanuit een organisatie met een sterke basis. Dat biedt zekerheid om de kwaliteitsbelofte waar te maken naar de zorg. 

Wat verder goed werkt: zorgprofessionals bezoeken Beweegcoach zelf met cliënten. Dat is belangrijk, want deze mensen komen niet zomaar in beweging. Ze met een flyer naar huis sturen werkt niet. In Beweegcoach kan de professional ook filteren om passend aanbod te vinden. Ook staan er foto’s bij om mensen enthousiast te maken. En cliënten kunnen naar het Sportsupport Servicepunt bellen. Dat ontzorgt de zorgprofessional. Ook voor deelnemers maken we het zo makkelijk mogelijk. Iemand wordt aangemeld door een professional, benaderd door een aanbieder, bij de proefles ontvangen door een gastheer of -vrouw. En we hebben het vooral over bewegen, want ‘sport’ kan afschrikken.

“Wij geloven niet alleen in de kracht van bewegen, maar ook in de kracht van verenigen.”

Ellen Breedveld

Hoe zorgen jullie ervoor dat de interventie goed blijft lopen?

We sluiten aan op de doelstellingen in het gezondheidsbeleid. Zo houden we het voor de gemeente, onze opdrachtgever, makkelijker om te blijven ondersteunen. We proberen ook zorgprofessionals zoveel mogelijk te betrekken. Zo kunnen ze een online demonstratie over Beweegcoach krijgen. We sturen ook communicatiepakketten naar ze op. Wat verder helpt om hen betrokken te houden: ze kunnen een account aanmaken en in een dashboard de doorverwezen cliënten volgen. Daar staat bijvoorbeeld of iemand lid geworden is of gestopt is en waarom. Met beweegaanbieders kijken we hoe ze (meer) laagdrempelig aanbod kunnen organiseren. 

We werken ook samen met de Gecombineerde Leefstijlinterventies (GLI) in Rotterdam. Wij koppelen sport aan een interventie: verenigingen komen dan naar een groep GLI-deelnemers toe met een clinic. Het idee is dat de GLI-leefstijlcoach vervolgens deelnemers via Beweegcoach naar de vereniging naar keuze doorstuurt. We benutten ook ons zelflerend vermogen. We zijn ons ervan bewust dat we er nog lang niet zijn en bekijken steeds: hoe laten we Beweegcoach nog beter aansluiten op de praktijk?

Hoe kregen jullie het financieel voor elkaar?

Om het digitale platform te ontwikkelen, dienden we een aanvraag in bij het collectief Vinci. Dat is een ‘maatschappelijke pot geld’ van grote bedrijven. Met dit private geld hebben we het platform opgezet. Toen was het gemakkelijker om de gemeente mee te krijgen. Zij konden het mogelijk maken dat organisaties in sport en zorg ermee konden gaan werken. 

We hebben een aparte opdracht vanuit de afdeling Publieke Gezondheid gekregen. Dat is redelijk uniek. Ook hebben we een collectieve deal gesloten met zorgverzekeraar VGZ. Zij betalen de eerste 16 maanden van dit aanbod. Een derde van de deelnemers maakt daarvan gebruik. We proberen Beweegcoach wetenschappelijk onderbouwd te krijgen, want het zijn van een erkende interventie brengt de (financiële) borging dichterbij en het verbreedt de schaalbaarheid naar andere gemeenten. 

Waar liepen jullie tijdens het opzetten tegenaan?

Het was aanvankelijk best lastig om zorgprofessionals mee te krijgen. We hebben daarom verschillende strategieën gebruikt. We hebben ‘good practices’ gedeeld, zoals een huisarts die vertelt wat het voor zijn cliënten heeft betekend. En we hebben cliënten zelf aan het woord gelaten. Ook hebben we Liesbeth van Rossum als ‘icoon’ benut; zij schreef bijvoorbeeld iets over Beweegcoach in haar nieuwsbrief naar huisartsen. Dat geeft veel vertrouwen. 

Om zorg en sport te verbinden, moesten we inspelen op bepaalde drempels. De sportclubs waren vooral ingesteld op prestatieve sport, maar voor Beweegcoach is ander aanbod nodig: laagdrempelig, meer gericht op samenzijn. We hebben gewerkt aan die andere mindset. Voor zorgprofessionals was het cruciaal dat het kwalitatief aanbod is. Zij willen iemand met een kwetsbare positie echt op de goede plek hebben. Bij zorgverzekeraars is het probleem dat zij hier meestal geen vrij geld voor hebben, vanwege de Zorgverzekeringswet. Ze moeten het dus uit marketingbudgetten betalen. Dat moet veranderen, wil je ook hen substantieel kunnen laten bijdragen. 

Een ander financieel struikelblok is dat de zorg zegt: dit is van sport, daar investeren wij niet in. En vice versa. Bij ons financiert de overheid, maar ook daarbij geldt: door verkokering binnen lokale overheden is het lastig om sectoroverstijgende interventies te financieren. Om deze samenwerking van de grond te krijgen, moesten we dus over de grenzen heen kijken. Want vaak hoor je: ‘Daar worden we niet voor gefinancierd, daar hebben we geen KPI’s voor!’ Maar zo verander je niets.

Welke risico’s zien jullie momenteel voor verdere samenwerking?

Misschien lukt het niet om de financiering rond te blijven krijgen. En er zijn meer praktische risico’s: dat er iets misgaat waardoor het vertrouwen bij de zorg wegvalt. Bijvoorbeeld als er door nalatig handelen bij een beweegaanbieder iets met een cliënt gebeurt. Om dat risico te beperken, zijn we streng bij het selecteren van aanbieders. Die stimuleren we ook richting goed kwalitatief kader, via workshops en bewustwording en dergelijke. En zelf sturen we bijvoorbeeld hart- en diabetespatiënten eerst naar FysioHolland of de huisarts voor een check.

Wat zijn tips voor andere partijen om samen te werken?

  • Zet in op de ‘haakbaarheid’ in plaats van maakbaarheid: organiseer niet weer iets nieuws, maar haak aan op wat er al is.
  • Benut succesverhalen en vertrouwensrelaties, ook met iconen. Het werkt krachtiger als je gebruikers over jouw product laat vertellen. Al heb je maar
    enkele enthousiaste zorgprofessionals: zet ze in de schijnwerpers!
  • Heb kennis van lokaal sport-, zorg- en gezondheidsbeleid. Zoek de gemeenschappelijke deler en speel daarop in om financiering vanuit de gemeente te regelen.
  • Durf een beetje rebels te zijn. Gewoon eens inspreken bij de gemeenteraad: “Zou het niet mooi zijn om hier geld voor te reserveren?” Creëer reuring.
  • Investeer in warme relaties met overheden en politici.
  • Ga voor cofinanciering. Als je een marktpartij vindt die een deel dekt, stapt de overheid eerder in.

Heb je zelf een inspirerend praktijkvoorbeeld dat je graag wilt delen? Neem dan contact op via e-mail met Kenniscentrum Sport & Bewegen.