Spring naar content

Sport op school zorgt niet voor hogere sportparticipatie

Steeds vaker duiken geluiden op om sport op school belangrijker te maken. Onder andere amazone Anky van Grunsven en oud-voetbaltrainer Foppe de Haan pleiten hiervoor. Maar, zo zegt onderzoeker en docent Sport en Bewegen Niek Pot, schoolsport op zichzelf zorgt er niet voor dat er meer kinderen gaan sporten.

Om kinderen aan het sporten te krijgen op een sportvereniging is meer nodig. Zo is de sociale context erg belangrijk. Het ‘waar en hoe’ van het leren van motorische vaardigheden is dus van invloed op de sportparticipatie van kinderen. Het aanleren van bijvoorbeeld het gooien van een bal is vele malen betekenisvoller en bruikbaarder op een honkbalveld dan gewoon tijdens een gymles.

Daarnaast hebben ouders, en later ook vrienden, veel invloed op de mate waarin kinderen op een sport zitten. Ouders introduceren kinderen vaak in de wereld van sportverenigingen.

Beide aspecten, zowel het aanleren van vaardigheden in de goede omgeving en een positieve invloed van ouders, zijn nodig om bij kinderen een sportidentiteit te ontwikkelen, zo schrijft Niek in zijn proefschrift.

Maar hoe moet sport op scholen dan worden ingestoken? Het is volgens het onderzoek belangrijk dat de sportverenigingen intensief worden betrokken bij de organisatie van schoolsport. Dit om de combinatie te maken tussen het technische (goed gooien van een bal) en het sociale (omgangsvormen en de norm ‘sport hoort erbij’). Ook moet sport op scholen langduriger en intensiever worden aangeboden dan nu het geval is. Op deze manier kan de sportparticipatie onder kinderen worden verhoogd.

Niek Pot erkent dat sport ook te maken heeft met plezier. Het gooien van een bal of het springen over een hekje zonder context, kan dus absoluut waarde hebben voor een kind, omdat het hier plezier uit haalt. Maar voor het binden van kinderen aan sportverenigingen, is dit niet genoeg.

Bronnen

  1. Lees op Sport Knowhow XL meer over het onderzoek van Niek Pot.