Spring naar content

Sportpark Galecop: maatschappelijke verbinding als sportief verdienmodel

Op sportpark Galecop in Nieuwegein sporten zo’n 2.000 leden bij vier verenigingen. De sportverenigingen en de gemeente wilden de sportparkfaciliteiten voor meer mensen openstellen en meer vrijwilligers bereiken. Ze besloten daarom gezamenlijk een sportparkmanager aan te stellen. Wat zijn de ervaringen na een jaar?

In mei 2018 trad Jimte Poelman aan als sportparkmanager van Galecop. Ruim een jaar na zijn aanstelling kijken we met hem terug en vooruit.

Sportparkmanager, wat is dat eigenlijk voor een functie?

Jimte Poelman: “Het is een nieuwe functie in de sportwereld. Veel sportaccommodaties worden vooral ‘s avonds en in het weekend gebruikt, zo ook Sportpark Galecop. Overdag gebeurt er vrij weinig en dat is zonde van alle faciliteiten. Daarbij moeten de verenigingen het onderhoud steeds meer in eigen beheer doen, waarvoor vrijwilligers ontbreken. Samen met de Gemeente Nieuwegein hebben zij daarom vorig jaar een sportparkmanager aangesteld om een ‘open club’ te realiseren, die naast verenigingsleden ook andere doelgroepen aantrekt. Nou, die leuke functie mag ik invullen”.

Wat is jouw belangrijkste taak?

Poelman: “Ik heb er vier: zorgen dat er overdag meer activiteiten op het terrein plaats vinden, zoeken van verbinding met de directe omgeving, organiseren van meer maatschappelijke activiteiten en als laatste, extra inkomsten genereren. Het gaat erom accommodaties en nieuwe activiteiten aan te bieden die meer mensen op het sportpark krijgen, waarbij een maatschappelijke en/of sportieve bijdrage wordt geleverd en waar de verenigingen ook nog wat aan verdienen.

Waarmee ben je vorig jaar begonnen?

Poelman: “Ik heb eerst bekeken welke faciliteiten van het sportpark kunnen worden ingezet voor andere doelen. Zo is hier bijvoorbeeld parkeergelegenheid voor ruim 400 auto’s. Maar ook hebben de clubhuizen kantines, bestuurskamers en andere ruimtes die je prima kunt gebruiken voor andere doelen. Daarna ben ik gaan kijken: met welke organisaties en instellingen in de buurt kunnen we samenwerken? Zo zit aan de overkant op hemelsbreed 1 kilometer afstand het bedrijventerrein Papendorp met grote bedrijven als Bol.com, accountantskantoor BDO en instellingen als de Domus Medica. In Nieuwegein zijn ook Steunpunt Vluchtelingen Nieuwegein, de Penitentiaire Inrichting Nieuwegein en het St. Antonius Ziekenhuis gevestigd. Ik heb met hen contact opgenomen om te bekijken hoe Sportpark Galecop hen zou kunnen faciliteren.

Mobiliteitsoplossing op het sportpark

Het Utrechtse businesspark Papendorp ligt vlak naast het sportpark Galecop. Met 140 bedrijven en tussen de 15.000 en 20.000 werknemers per dag is parkeergelegenheid een aandachtspunt. Zeker gezien het feit dat volgend jaar de bestaande P&R voorziening zal worden verplaatst. Een nieuw parkeerterrein aanleggen is heel kostbaar en het past niet binnen de milieustrategie van de Gemeente Utrecht. Als je buren dan beschikken over een parkeerterrein met 400 plaatsen, is de interesse snel gewekt.

Dus dat eerste contract was al snel binnen?

Nee, dat niet, want er zijn veel partijen betrokken bij zo’n samenwerking met allemaal hun eigen wensen. Daarnaast moet je nogal wat regelen voor je daadwerkelijk kunt beginnen. Zo moesten diverse risico’s worden afgedekt en de gemeente Nieuwegein moest het gebruik van het parkeerterrein ook goedkeuren. Daarnaast moest een mobiliteitsoplossing inclusief een wandelroute, deelfietsen en een shuttleservice worden opgetuigd. We werken bijvoorbeeld samen met X-bike aan een deelfietsensysteem. Via een App kunnen medewerkers van Papendorp een fietsslot openen en de fiets meenemen naar kantoor. Ook een shuttleservice regel je niet zomaar even.

Deelfietsen staan geparkeerd op het sportpark
Plaats voor deelfietsen op het sportpark

We zijn met BDO, een accountancybedrijf met haar hoofdkantoor op Papendorp, in november 2018 begonnen met een oplossing voor de cursisten die zij regelmatig ontvangen. Maar we hebben ook maatschappelijke partners zoals de Penitentiaire Inrichting Nieuwegein benaderd. Zo worden in de gevangenis van Nieuwegein gedetineerden opgeleid tot fietsenmaker en doen het onderhoud van de deelfietsen. Daarnaast biedt de partner van de shuttleservice ex-gedetineerden de mogelijkheid om hun chauffeursdiploma te halen, met direct een baan na afloop.

Vitale taallessen en vitaal vergaderen

Vitale taallessen | foto: Jimte Poelman

Ook worden kantines en bestuurskamers op het sportpark nu anders ingezet. Met de taalschool SVS Inburgering, dat 300 statushouders opleidt, is een serie ‘vitale’ taallessen afgesproken. Elke dinsdag volgen twee groepen statushouders taallessen in 2 kantines op Sportpark Galecop. Ze krijgen anderhalf uur les, dan een half uurtje buiten een bewegingsprogramma en dan weer anderhalf uur les. De taalschool betaalt de koffie en de thee en de gemeente Nieuwegein financiert het gebruik van de kantines en het beweegmoment. Dit is vergelijkbaar met het St. Antonius ziekenhuis; de leden van een maatschap vergaderen regelmatig ‘s avonds in de bestuurskamer van de voetbalclub. Na een gezonde maaltijd gaan ze een uur vergaderen, dan 30 minuten onder begeleiding bewegen, waarna de vergadering verder gaat. We proberen altijd een aanbod te doen waar ook bewegen of sporten onderdeel van is.

Toekomstige projecten

Het project is nu ongeveer halverwege. De eerste ervaringen zijn bemoedigend: vooral dat je het meer maatschappelijk benutten van het park voor meer doelgroepen daadwerkelijk kunt combineren met een businessmodel wordt door velen als een kans gezien. Maar Poelman heeft nog meer plannen: “Als er meer mobiliteitscontracten komen, kunnen we dat misschien nog aantrekkelijker maken met een mobiel koffietentje of een autobandencheck. We willen dan uiteraard ook weer samenwerken met maatschappelijke partners zoals Steunpunt Vluchtelingen Nieuwegein of Exodus.

Een ander doel is het aantrekken van meer vrijwilligers. Als het sportpark een meer maatschappelijke functie krijgt en er beweegactiviteiten voor groepen plaatsvinden, kunnen we andere soorten vrijwilligers aantrekken. Zo is een deelnemer aan de vitale taallessen recent vrijwilliger geworden om zijn taal verder te verbeteren. Poelman denkt ook aan studenten van de nabije mbo-opleiding Sport en Bewegen of van de hbo-opleiding Fysiotherapie.

Tot slot, we horen vooral een succesverhaal, zijn er ook zaken waar je minder tevreden over bent?

Poelman: “Ik ben in elk geval heel positief over de samenwerking die we tot nu toe met de verschillende partners hebben. Sommige partners hebben nog wat moeite om de voordelen van het project te zien of hebben een langere aanlooptijd nodig. Ook voor sportbonden zijn de projecten die we doen nieuw en zij stappen nog niet direct in, terwijl daar veel kansen liggen. Ik vertrouw erop dat deze aanpak de komende jaren zichzelf zal bewijzen”.