Spring naar content

Badmintonners zijn sneller wendbaar na warming-up met een gewichtsvest

Badmintonners hebben baat bij een warming-up waarbij zij een gewichtsvest dragen met daarin een gewicht overeenkomend met 5 of 10% van het lichaamsgewicht. Uit Engels onderzoek blijkt dat de spronghoogte niet maar de snelheid waarmee spelers van richting kunnen veranderen wel toeneemt na een dergelijke weerstandswarming-up.

Snelheid

Bij badminton speelt het zeer snel bewegen van een speler op een relatief klein oppervlak een grote rol. Dat snelheid een belangrijke rol speelt in badminton blijkt wel uit het snelheidsrecord waarmee een shuttle geslagen is. In september 2013 verscheen in verschillende media het bericht dat de Maleisische topspeler Tan Boon Heong tijdens een smash het wereldrecord had gezet op 493 km/u. De hoge snelheden waarmee de spelers de shuttle slaan maakt dat de beweeglijkheid erg belangrijk is. Zich snel verplaatsen over het veld is noodzakelijk om goed te presteren tijdens een wedstrijd. Om zo goed mogelijk te beginnen aan een wedstrijd is een warming-up essentieel. Maloney en collega’s veronderstellen dat een warming-up uitvoeren met extra weerstand kan leiden tot betere prestaties. Zij hebben dit voor badmintonners onderzocht.

Verandering van richting

In totaal namen 8 professionele badmintonners van gemiddeld 24 jaar deel aan de studie. Op 3 verschillende dagen voerden zij een warming-up uit die elke keer uit dezelfde 22 oefeningen bestond, waaronder warm lopen, knieheffen, hakken-billen, uitvalspas, sprongen en het lopen van een “circuit”. Twee van de 3 dagen droegen de spelers een gewichtsvest tijdens het uitvoeren van de sprongen en een “loopcircuit”. Eenmaal was het vest gevuld met gewicht overeenkomend met 5% van het lichaamsgewicht en eenmaal met 10% van het lichaamsgewicht. Op 1 dag voerden de spelers de warming-up uit zonder extra toegevoegd gewicht. De spelers voerden voor en 6 minuten na de warming-up een richtingsveranderingstest uit waarbij de spelers een “circuit” zo snel mogelijk moesten afleggen door zo snel mogelijk naar verschillende pionnetjes te sprinten. Daarnaast moesten zij een “counter movement jump” uitvoeren.

Hoewel het uitvoeren van een warming-up wel leidde tot een ongeveer 6 centimeter hogere “counter movement jump” had het toevoegen van extra gewicht geen additioneel effect. Het toevoegen van extra gewicht had wel een additioneel effect op de prestatie bij de richtingsveranderingstest. Zo verbeterden de spelers hun prestatie met ongeveer 3 seconden (14 versus 11 seconden) na een warming-up waarbij zij extra gewicht droegen terwijl dit ongeveer 2 seconden was (14 versus 12) als zij dit extra gewicht niet droegen.

 Conclusie

Het toevoegen van een paar procent extra “lichaamsgewicht” tijdens intensieve oefeningen in een warming-up met behulp van een gewichtsvest kan de sportspecifieke snelheid vlak daarna verbeteren. Of het effect ook langer aanhoudt dan 6 minuten is niet te zeggen, omdat dit niet is onderzocht. Uiteraard is het goed om de warming-up zo kort mogelijk voor een wedstrijd uit te voeren om zo optimaal gebruik te maken van effecten van de warming-up. Het lijkt dus aan te raden om eens te experimenteren met een gewichtsvest tijdens een warming-up. Het is natuurlijk verstandig dit eerst in een training uit te proberen.

Bron

  1. Maloney SJ, Turner AN, Miller S (2014) Acute effects of a loaded warm-up protocol on change of direction speed in professional badminton players. J. Appl. Biomech, 30: 637-642