Spring naar content

Beta-alanine kan prestatie verbeteren, ongeacht trainingsstatus

Beta-alanine kan bij zowel recreatieve als goed getrainde atleten tot een betere sprintprestatie leiden. Dat vonden onderzoekers uit Brazilië en Engeland nadat ze 20 recreanten en 19 goedgetrainde atleten 4 weken beta-alanine hadden gegeven.

Beta-alanine is de enige bouwstof waarmee de concentratie carnosine te verhogen is. Carnosine is een stof die de zure H+-ionen die zich tijdens intensieve inspanning in de spieren vormen kan bufferen. Om de concentratie carnosine te laten stijgen is het niet handig de stof zelf in te nemen aangezien het maag-darmstelsel het direct afbreekt.

Door beta-alanine in te nemen is het mogelijk de concentratie carnosine te laten stijgen. Of hierdoor ook de ‘buffercapaciteit’ van het lichaam stijgt, en de prestatie toeneemt, is tot op heden nog niet volledig duidelijk. Zo zijn er aanwijzingen dat goed getrainde atleten geen baat hebben bij het innemen van beta-alanine omdat zij door training al een verhoogde concentratie carnosine zouden hebben.

Dat er nog geen consensus is over de werking van beta-alanine weerhoudt tal van topatleten waaronder shorttrackster Jorien ter Mors en tienkamper Eelco Sintnicolaas er overigens niet van de supplementen toch in te nemen. Onderzoekers uit Brazilië en Groot-Brittannië hebben een nieuwe studie toegevoegd aan de discussie over het effect van beta-alanine bij goed getrainde atleten.

Recreant versus goed getraind

Aan deze studie deden 20 recreatieve atleten mee die 1-3 keer trainden per week en 19 goed getrainde wielrenners die gemiddeld ongeveer 250 kilometers per week fietsten. Uit beide groepen kregen 10 atleten gedurende 4 weken 6,4 gram beta-alanine per dag, verdeeld over 8 capsules van 800 mg. De overige atleten kregen gedurende dezelfde periode placebopillen. Voor en na de suppletieperiode hebben alle atleten een herhaalde Wingate-test uitgevoerd. Hierbij moesten de atleten 4 keer 30 seconden sprinten op een fietsergometer met een weerstand die gerelateerd was aan het lichaamsgewicht van de wielrenners. Tussen de sprints hadden de atleten 3 minuten passieve rust.

Voor de suppletieperiode was de totale hoeveelheid verrichte arbeid tijdens de 4 sprints gelijk voor de totale placebo- en de totale beta-alaninegroep, dus ongeacht getraindheid. Na de suppletieperiode hadden beide beta-alaninegroepen meer arbeid verricht dan de placebogroepen. Binnen de beta-alaninegroepen presteerden zowel de recreatieve als de goed getrainde atleten beter dan voor de suppletieperiode (respectievelijk 2,5% en 3,6%). Hierbij bleek dat 9 van de 10 goed getrainde atleten en 8 van de 10 recreanten beter presteerden na het innemen van beta-alanine.

Conclusie

De resultaten van deze studie laten zien dat het innemen van beta-alanine gedurende 4 weken de sprintprestatie van zowel recreatieve als goed getrainde atleten kan verbeteren. Hiermee is echter geen definitief antwoord gegeven op de vraag of ook topatleten zoals ter Mors en Sintnicolaas kunnen profiteren van beta-alanine. Daarvoor was de getraindheid van de onderzochte atleten toch te laag. Ondanks dat in deze studie de hoeveelheid carnosine in de spier niet is gemeten, is het op basis van de resultaten erg aannemelijk dat de gevonden effecten toe te schrijven zijn aan beta-alanine.

Meer informatie over de effecten van beta-alanine en de mogelijke bijwerkingen (zoals tintelingen in de tenen en vingers) is te lezen in dit factsheet.

Bron

  1. de Salles Painelli V, Saunders B, Sale C, Harris RC, Solis MY, Roschel H, Gualano B, Artiolo GG, Lancha Jr AH (2014) Influence of training status on high-intensity intermittent performance in response to β-alanine supplementation. Amino Acids, DOI: 10.1007/s00726-014-1678-2