Spring naar content

Hardlopers belasten hun enkels zwaarder dan hun knieën

Hardlopen en sprinten is voor de spieren die de enkel strekken veel zwaarder dan voor de spieren die de knie strekken, relatief gezien althans. Zo spreken de enkelstrekkers tijdens hardlopen 84 procent van hun maximale kracht aan en tijdens sprinten zelfs 96 procent. Voor de kniestrekkers ligt dat met 63 en 72 procent aanzienlijk lager.

Hoeveel kracht een hardloper moet leveren, hangt voornamelijk af van hoe snel hij loopt; sneller loper kost logischerwijze meer kracht. Deze kracht moet voor het grootste deel geleverd worden door de spieren die de enkels en de knieën strekken. Tot op heden was het niet precies duidelijk op welk percentage van hun maximale kracht deze spiergroepen zich moeten aanspannen bij verschillende loopsnelheden. Inzicht hierin kan mogelijk bijdragen aan het specificeren van krachttrainingsprogramma’s. Finse onderzoekers van de universiteit van Jyväskylä hebben nu onderzocht hoe zwaar de enkel- en kniestrekkers worden belast tijdens wandelen, hardlopen en sprinten.

Piekbelasting tijdens landing

De spieren die de enkel strekken blijken tijdens (hard)lopen, relatief gezien, veel meer kracht te moeten leveren dan de spieren die de knie strekken. Waar de enkelstrekkers tijdens wandelen 35 procent van hun maximale kracht moeten leveren, neemt dit bij hardlopen toe tot 84 procent en bij sprinten zelfs tot 96 procent. De relatieve kracht die de kniestrekkers moeten leveren ligt aanzienlijk lager; 19, 63 en 72 procent van het maximum voor respectievelijk lopen, hardlopen en sprinten. Dat concludeerden de Finse onderzoekers nadat ze twaalf goed getrainde sprinters en hoogspringers hadden laten lopen met snelheden van 6, 15 en 33 kilometer per uur. Tijdens deze tests werden de atleten gefilmd met een 3D-camerasysteem. Op basis van de videobeelden konden de onderzoekers berekenen hoeveel kracht de enkel- en kniestrekkers moesten leveren bij de verschillende snelheden. Deze methode heet ook wel inverse dynamica. Om te bepalen hoeveel kracht deze spiergroepen maximaal moeten leveren tijdens landingen, moesten de atleten met twee benen tegelijk zo snel en hoog mogelijk op en neer springen op een krachtenplatform gedurende tien seconden.

Uit alle berekeningen bleek dat de kniestrekkers tijdens het op en neer springen een kracht moesten leveren die overeenkwam met veertien keer het lichaamsgewicht. Voor de enkelstrekkers was dit bijna tien keer. Hoewel de enkelstrekkers zowel tijdens het hardlopen als tijdens het sprinten, absoluut gezien, ongeveer evenveel kracht moesten leveren als de kniestrekkers, was het relatief gezien voor de enkelstrekkers veel zwaarder.

Tot slot

De resultaten van deze studie laten duidelijk zien dat hardlopen en sprinten voor de enkelstrekkers veel zwaarder is dan voor de kniestrekkers. Tijdens sprinten worden de enkelstrekkers zelfs nagenoeg maximaal belast. Veel krachttrainingsprogramma’s voor hardlopers zijn er vooral op gericht om de maximale kracht van de kniestrekkers te vergroten. Gezien de hoge relatieve belasting verdienen de enkelstrekkers echter ook de nodige aandacht tijdens krachttraining.

Bron

  1. Kulmala JP, Korhonen MT, Ruggiero L, Kuitunen S, Suominen H, Heinonen A, Mikkola A, Avela J (2016) Walking and running require greater effort from the ankle than the knee extensor muscles. Med. Sci. Sports Exerc., 48: 2181-2189