Hitte beïnvloedt de sprintprestatie op de fiets niet

Hete weersomstandigheden kunnen op verschillende manieren de sportprestatie beïnvloeden. Almudehki et al. veronderstellen dat hitte een negatieve invloed heeft op de zenuwaansturing van de spieren en dat daarmee de sprintprestatie zou kunnen afnemen.

Om deze veronderstelling te toetsen hebben de auteurs de prestatie van 8 kortdurende fietssprints in de hitte onderzocht.

Tien jonge mannen (gemiddeld 23 jaar) hebben in willekeurige volgorde 2 keer 8 sprints uitgevoerd. Eenmaal werden deze sprints in 24°C en 24% luchtvochtigheid uitgevoerd. De andere keer gebeurde dit bij 40°C en 40% luchtvochtigheid. Tussen deze twee testdagen zaten 4-7 dagen. Elke sprint had een duur van 6 seconden. Tussen elke sprint zat 1 minuut passieve rust en 4 minuten actieve rust (fietsen op een laag vermogen; gemiddeld 77 W). Er werd onder andere gekeken naar het getrapte piekvermogen, de sprinttijd, de hartfrequentie, de spieractiviteit (van een bovenbeenspier: vastus lateralis) en de huid- en kerntemperatuur. De huidtemperatuur werd op het rechterbeen en op de borst gemeten. De sprints werden uitgevoerd op een fietsergometer.

Uit de resultaten blijkt dat de hete omstandigheden geen effect hadden op de sprintprestatie. Het getrapte wattage (gemiddeld 767 Watt) en de spieractivatie verschilden niet tussen de tests bij hoge en lage temperatuur en tussen de verschillende sprints binnen dezelfde temperatuur. De hartfrequentie en de huid- en kerntemperatuur stegen wel gedurende de sprinttests en de hartslag en huidtemperatuur steeg meer in de hitte dan bij de lagere temperatuur. In alle gevallen bleef de gemiddelde hartfrequentie onder de 140 (gemeten 1 minuut na de inspanning) en zowel de huid- als de kerntemperatuur bleven onder de 38,2°C.

De resultaten van de studie van Almudehki et al. laten zien dat kort sprinten in een warme omgeving geen gevolgen heeft voor het maximaal te leveren vermogen. Zowel bij een enkelvoudige korte sprint als bij herhaalde sprints lijkt de prestatie niet te worden beïnvloed door de omgevingstemperatuur.

De studie is uitgevoerd bij amateursporters. Er lijken echter geen harde fysiologische bewijzen te zijn die aannemelijk maken dat er andere resultaten gevonden zouden worden als het onderzoek uitgevoerd was bij topsporters. Aan de hand van de studie van Almudehki et al. zou kunnen worden verondersteld dat een omgevingstemperatuur tussen de 24 en 40°C geen invloed heeft op een kortdurende sprintprestatie op de fiets.