Krachttraining essentieel voor het leveren van een topprestatie

Krachttraining verbetert niet alleen de kracht- maar ook de algemene en specifieke sportprestatie. Zo springen sporters hoger, sprinten zij sneller en kunnen zij een betere duurprestatie leveren als ze aan krachttraining doen. Daarnaast blijkt dat deze trainingsvorm de kans op blessures verkleint.

Krachttraining is samen met duurtraining waarschijnlijk de bekendste trainingsvorm. Het is natuurlijk niet zo verbazingwekkend dat sporters die veel kracht moeten leveren tijden hun inspanning regelmatig aan krachttraining doen.

Toch komt er steeds meer aandacht voor de rol die krachttraining kan spelen bij minder voor de hand liggende prestaties, zoals de duurprestatie. Zo was onlangs op de website van Topsport Topics te lezen dat krachttraining het vermogen dat wielrensters kunnen leveren kan vergroten.

Amerikaanse en Australische onderzoekers hebben nu onderzocht welke rol krachttraining speelt in de sport. Dit hebben zij gedaan door het onderzoek van de afgelopen decennia op een rijtje te zetten en de uitkomsten van hiervan te analyseren.

Krachttraining loont

Uit deze uitgebreide literatuurstudie waarin 125 studies zijn onderzocht, blijkt dat krachttraining standaard deel uit zou moeten maken van het trainingsschema, uitzonderingen, zoals bijvoorbeeld denksporten, daargelaten. De stelling dat krachttraining de kracht verbetert is natuurlijk een open deur intrappen. Die toegenomen spierkracht heeft echter ook een positieve invloed heeft op allerlei andere prestatiematen. Zo zijn er duidelijke verbanden gevonden tussen meer spierkracht en hoger springen en sneller sprinten. Maar ook de wendbaarheid neemt toe als sporters hun spierkracht vergroten. Tot slot lijkt de duurprestatie ook te verbeteren als duursporters enkele keren per week krachttraining doen.

Krachttraining heeft niet alleen een positief effect op de prestatie, maar deze trainingsvorm heeft ook een preventieve functie. Zo raken sporters die aan krachttraining doen minder snel geblesseerd dan sporters die dat niet in hun trainingsschema hebben staan.

De onderzoekers brengen wel een belangrijke nuance aan. Niet elke willekeurige krachttraining zal een positief effect hebben op de bovengenoemde prestaties. Een krachttraining moet, logischerwijs, sportspecifiek zijn. Daarom moeten de gewrichtshoeken waarin, en de snelheid waarmee een sporter tijdens de wedstrijd beweegt ook terugkomen in de krachttraining.

Advies

Krachttraining zou voor praktisch alle sporters in het trainingsschema moeten staan. Niet alleen zal het de prestatie ten goede komen, ook verkleint deze trainingsvorm de kans op blessures. De krachttraining moet sportspecifiek zijn en gebaseerd op de individuele belastbaarheid.