Spring naar content

Mentale vermoeidheid en loopprestatie

De submaximale loopsnelheid van teamsporters verslechtert vlak na een mentaal vermoeiende taak. Zij kiezen namelijk voor een lagere loopsnelheid dan wanneer zij geen mentaal vermoeiende taak hebben uitgevoerd. De prestatie op intensieve sprints en de maximale loopsnelheid zijn echter niet beïnvloed door mentale vermoeidheid.

Mentale vermoeidheid

Na een lange periode van zware cognitieve activiteit kan cognitieve vermoeidheid (ook wel mentale vermoeidheid genoemd) optreden. Deze kan leiden tot een tijdelijke verslechtering van de cognitieve prestatie en een verhoging van de gevoelens van vermoeidheid. Deze gevoelens van vermoeidheid kunnen de duurprestatie negatief beïnvloeden (zie bijvoorbeeld hier). Uit recent onderzoek blijkt dat mentale vermoeidheid geen negatieve invloed heeft op explosieve sportprestaties (zie hier). Of mentale vermoeidheid de prestatie bij teamsporten beïnvloedt is niet bekend. Smith en collega’s hebben daarom het effect van mentale vermoeidheid op de intervalprestatie bij 10 teamsporters onderzocht.

Looptest

Aan deze studie deden 10 teamsporters (uit o.a. voetbal, rugby en hockey) mee (gemiddeld 22 jaar, VO2max 48 ml/kg.min). Zij ondergingen tweemaal dezelfde fysieke test die bestond uit een warming up van 5 minuten gevolgd door een intensieve intervaltest van 15 maal 3 minuten op een ongemotoriseerde loopband. Deze loopband werd door de sporters zelf aangedreven, waarbij zij zelf ook de precieze loopsnelheid bepaalden. Met deze test hebben de onderzoekers geprobeerd om de inspanning tijdens een teamsport na te bootsen. De sporters moesten in een vooraf opgestelde volgorde afwisselend op een intensiteit van 20%, 35%, 50%, 70% of 100% van hun maximale loopsnelheid lopen. Voorafgaand aan de fysieke test moesten de sporters ofwel 90 minuten lang een mentaal vermoeiende computertaak uitvoeren (AX-CPR), door op een knop te drukken wanneer zij een bepaalde serie letters op het scherm zagen, of naar een emotioneel neutrale documentaire kijken.

Uit de resultaten bleek dat de sporters zich na de mentale test vermoeider voelden dan na de controlesituatie (9 versus 5 op een schaal van 0 tot 16). Hun gemiddelde loopsnelheid gedurende de test was lager na de mentale taak, en zij legden daarom daarna in totaal minder afstand af dan na de controlesituatie (4072 m versus 4163 m, een verschil van 2,8%). Dit kwam doordat hun submaximale loopsnelheid lager was dan in de controlesituatie (1,28 m/s versus 1,31 m/s). De pieksnelheid en de loopsnelheid tijdens de intensieve sprints waren hetzelfde in beide condities. Ook waren er geen verschillen in de maximale hartfrequentie.

 Conclusie

Uit deze studie blijkt dat sporters voor een lagere submaximale loopsnelheid kiezen als zij mentaal vermoeid zijn. De verschillen zijn echter niet groot. Op de sprintsnelheid heeft de mentale vermoeidheid echter geen invloed. Vooral een hoge sprintsnelheid is belangrijk voor een teamsport-prestatie. Desondanks kan het nuttig zijn voor sporters om mentaal vermoeiende taken vlak voor een belangrijke wedstrijd te vermijden.

Bron

  1. Smith MR, Marcora SM, Coutts AJ (2014). Mental fatigue impairs intermittent running performance. Med. Sci. Sports Exerc., DOI: 10.1249/MSS.0000000000000592