Spring naar content

Veel balsporters hebben maar een klein risico op vochttekort

Vooral voetballers lopen het risico op een vochttekort. Bij andere sporten zoals hockey, volleybal of tennis is er tijdens de wedstrijd genoeg gelegenheid om voldoende te drinken.

Grote sporttoernooien vinden vaak plaats in de zomermaanden. Dit betekent dat zeker buitensporters tijdens wedstrijden behoorlijk zullen zweten. Als zij hun vochtvoorraad dan niet snel aanvullen bestaat de kans op uitdroging.

Het is bekend dat de resultaten van duursporters afnemen als de vochtbalans verstoord raakt en het lichaamsgewicht enkele procenten afneemt. Dit is onder andere terug te lezen in het factsheet vochtstatus. Een groep Amerikaanse onderzoekers was geïnteresseerd hoe dit zit bij balsporters.

Meestal geen probleem

Eigenlijk lopen alleen voetballers in warme weersomstandigheden een behoorlijk risico op uitdroging, omdat zij drie kwartier lang de kans niet krijgen om te drinken en er maximaal driemaal gewisseld mag worden. Tennissers, hockeyers of volleyballers bijvoorbeeld, kunnen om de paar minuten hun vochtvoorraad aanvullen.

Als er sprake is van meer dan twee procent verlies van lichaamsgewicht, bestaat de kans dat onder andere de reactietijd, beslissingssnelheid en de waakzaamheid afnemen. Aan de andere kant heeft deze mate van vochtverlies geen invloed op de concentratie en de snelheid van precieze bewegingen.

Twee tot vier procent verlies van lichaamsgewicht kan leiden tot een slechtere techniek. Dit is echter niet bij alle sporters het geval. Enerzijds gaan bijvoorbeeld basketballers slechter schieten terwijl voetballers, hockeyers en tennissers technisch niet te lijden lijken te hebben onder een verstoorde vochtbalans. Een verstoorde cognitie gaat overigens vaak gepaard met een slechtere techniek.

Er zijn aanwijzingen dat sporters slechter gaan sprinten bij vier procent verlies van lichaamsgewicht, maar de literatuur is hierover niet eenduidig.

Balsporters doen er verstandig aan zoveel te drinken dat het vochtverlies tot een minimum beperkt blijft. Zij sluiten hierdoor een eventueel negatief effect van een vochttekort op de prestatie in ieder geval uit. In bijna alle gevallen hebben sporters genoeg momenten waarop zij iets kunnen drinken. Als dit toch een probleem is, kunnen sporters bijvoorbeeld bij een blessurebehandeling of wissel van een medespeler snel wat vocht innemen.

Bron

  1. Nuccio RP, Barnes KA, Carter JM, Baker L (2017) Fluid balance in team sport athletes and the effect of hypohydration on cognitive, technical, and physical performance. Sports Med., In Press, DOI: 10.1007/s40279-017-0738-7