Spring naar content

Vraag duurtraining zitskiën

Zit-skiërs verbruiken tijdens het skiën weinig energie. Een grote aerobe capaciteit lijkt daarmee ook geen prestatiebepalende factor te zijn voor zit-skiërs. Zij hoeven zich in hun trainingsschema dan ook niet te richten op het vergroten van hun maximale zuurstofopname. Hetzelfde geldt overigens voor de anaerobe capaciteit; ook die lijkt niet in grote mate bij te dragen aan de prestatie.

Er is wel de nodige voorzichtigheid geboden bij deze conclusie aangezien deze maar op één studie is gebaseerd, uitgevoerd bij zes Duitse zit-skiërs uit het nationale team [1]. Zij nemen zowel tijdens een korte slalomwedstrijd als tijdens een wat langere reuzenslalom relatief weinig zuurstof op. Voor de slalom is dat gemiddeld ongeveer 25 procent van de maximale zuurstofopname en voor de reuzenslalom ongeveer 50 procent. Ook de hartfrequentie is met gemiddeld 60 procent van het maximum voor de slalom en ruim 70 procent voor de reuzenslalom aan de lage kant. De hoogte van de dwarslaesie lijkt overigens niet bepalend te zijn voor het energieverbruik van de zit-skiërs.

Dat zowel de aerobe als de anaerobe belasting voor zit-skiërs aan de lage kant is, duidt er volgens de Duitse onderzoekster op dat zit-skiërs zich vooral moeten richten op een goede skitechniek. Er is nog geprobeerd om contact te krijgen met de Duitse onderzoekster van de betreffende studie maar dat is helaas niet gelukt. Het is overigens niet verrassend dat zit-skiërs een lagere energetische belasting hebben dan valide skiërs. De kuip waar de skiërs in zitten, draagt immers het lichaamsgewicht terwijl de veer in de zit-ski een groot deel van de energie levert die nodig om balansverstoringen te corrigeren. Hierdoor draagt er aanzienlijk minder spiermassa actief bij aan de prestatie.

Bron

  1. Goll M, Wiedemann MSF, Spitzenfeil P (2015) Metabolic demand of paralympic alpine skiing in sit-skiing athletes. J. Sports Sci. Med., 14: 819-824