Spring naar content

Vraag invloed zonlicht en temperatuur

Kort antwoord

Op basis van de huidige literatuur zijn er fysiek en mentaal geen wonderen te verwachten van een trainingskamp in de zon. Hoewel er mensen zijn die zich beter voelen bij zonnestralen, zijn er ook mensen die dat juist hebben bij een bewolkte dag. Sporters die echter last hebben van een winterdepressie, een zogeheten Seasonal Affective Disorder, kunnen wel baat hebben bij (zon)licht. Zo verminderen depressieve gevoelens door een specifieke dosis ultraviolette straling dat ook in zonlicht voorkomt. Bovendien zorgt zonlicht ervoor dat het lichaam vitamine D aanmaakt, wat gunstig is voor stevige botten en tanden, spieren en het immuunsysteem. Toch kleven er mogelijk wat nadelen aan een trainingskamp in het buitenland, zoals een lagere trainingsintensiteit door de warmte, teveel schadelijke ultraviolette straling en een langere hersteltijd door de reis. Op voorhand kan er daarom geen eenduidig advies worden gegeven over het nut van een trainingskamp in de zon.

Uitgebreid antwoord

Mentaal

Beperkte invloed

In tegenstelling tot wat veel mensen denken, blijkt de invloed van zonlicht op het humeur beperkt [11]. Hoewel meerdere studies aantonen dat het humeur verbetert door zonlicht [3,12], zijn er ook studies waaruit dit niet blijkt [4,8,10]. Ook bij andere weercondities, zoals temperatuur en luchtdruk, zijn de resultaten niet eenduidig [4,13,15,16]. Zo toont een studie aan dat een warmere dag zowel positieve als negatieve emoties versterkt [13].

Het trekken van eenduidige conclusies over de rol van weersomstandigheden wordt bemoeilijkt omdat meerdere factoren, zoals slaap, fysieke activiteit en sociale contacten, invloed hebben op het humeur. Bovendien kijken onderzoekers onder zeer verschillende omstandigheden naar de invloed van het weer. Zo verschillen de geografische locatie, het seizoen of de hoogte waarop mensen verblijven in de studies. Daarnaast blijken niet alle studies van voldoende kwaliteit.

Voorkeur weer

Toch lijkt het erop dat er mensen zijn met een lichte voorkeur voor een bepaald soort weer [11]. Bij deze zogeheten zomerliefhebbers, zomerhaters en regenhaters lijken weersomstandigheden het humeur in geringe mate te beïnvloeden [11]. Zo voelen sommige mensen zich beter bij zonnige omstandigheden, terwijl anderen dat hebben bij een bewolkte dag. De helft van de mensen lijkt echter geen voorkeur te hebben voor weersomstandigheden; zij voelen zich even gelukkig, angstig en boos – ongeacht het weer.

Seizoensafhankelijke depressie

Een gebrek aan zonlicht veroorzaakt waarschijnlijk wel klachten in het humeur. Wanneer de gemoedstoestand onder invloed van wisselende seizoenen verstoord raakt, heet dit ook wel Seasonal Affective Disorder (SAD). Hierbij variëren symptomen van lichte vermoeidheid tot een zware depressie. De meeste mensen ervaren deze klachten in de wintermaanden, maar er zijn ook mensen die hier juist in de zomermaanden last van hebben.

Hoe een Seasonal Affective Disorder precies ontstaat, is nog onbekend. Bij mensen met een winterdepressie speelt het gelukshormoon serotonine mogelijk een rol. In de wintermaanden maken de hersenen weinig serotonine aan [14]. Een gebrek aan serotonine zorgt voor een slecht humeur, vermoeidheid en depressieve gevoelens. (Dag)licht stimuleert mogelijk de aanmaak van serotonine [14,18]. Omdat negatieve gevoelens waarschijnlijk samenhangen met een gebrek aan licht, gebruiken behandelaars vaak lichttherapie. Deze therapie vermindert depressieve gevoelens bij zowel gezonde vrijwilligers als depressieve patiënten [6,20].

Endorfine

Endorfine speelt mogelijk ook een rol in de relatie tussen zonlicht en humeur. Endorfine is een stof die betrokken is bij talloze processen in het lichaam. Zo werkt het pijnstillend en zorgt het mede voor gevoelens van geluk of euforie. Er zijn studies die aantonen dat ultraviolette straling uit zonlicht de aanmaak van endorfine stimuleert [2,9]. Meer onderzoek is echter nodig om dat verband te bevestigen, omdat er ook studies zijn die dit niet laten zien [19].

Fysiek

Vitamine D

Zonlicht zorgt er ook voor dat het lichaam vitamine D aanmaakt. Hoeveel het lichaam aanmaakt, hangt af van de sterkte van zonnestraling. Dit hangt op zijn beurt weer af van andere factoren, zoals het seizoen en het weer.

Hoewel het erop lijkt dat sporters die een tekort hebben niet direct beter gaan presteren als ze hun vitamine D-status weer op orde hebben [5], zijn er voldoende andere redenen om een tekort te voorkomen. Zo zit een tekort aan vitamine D de opname van calcium in de weg, waardoor botten aan sterkte verliezen en spieren niet optimaal functioneren. Verder zou vitamine D de hersteltijd na zware inspanning verkorten en ervoor zorgen dat spieren zich beter aanpassen aan de training. Ook zijn er aanwijzingen dat te weinig vitamine D het immuunsysteem onderdrukt, waardoor spelers een grotere kans hebben om een infectie op te lopen [1,7,17,21].

Hoewel veel Nederlandse topsporters een vitamine D-tekort hebben, is het onduidelijk of dit ook geldt voor voetballers. Voetballers trainen immers veel buiten en zien waarschijnlijk voldoende daglicht. Bovendien kunnen voetballers de vitamine D-status op orde brengen met supplementen. Een trainingskamp in de zon is daarvoor niet per se noodzakelijk.

Acclimatiseren

Sporters die vanuit de kou arriveren in een warme omgeving moeten wennen aan de warmte. Bij warme omstandigheden gaat er meer bloed naar de huid, zodat het lichaam kan koelen door te zweten. Hierdoor gaat er minder bloed naar de spieren, waardoor een sporter zich minder intensief kan inspannen. Dit kan het trainingseffect van een trainingskamp hinderen. Toch kunnen sporters mogelijk ook baat hebben van een trainingskamp in de warmte. Zo zijn er aanwijzingen dat sporters na een acclimatisatieperiode in een warme omgeving beter presteren in een koele(re) omgeving.

Sporters lopen wel risico op oververhitting, zelfs al bij een omgevingstemperatuur van 20 graden Celsius en een luchtvochtigheid van 75 procent. Een acclimatisatieperiode van 5 dagen is raadzaam wanneer de nieuwe omstandigheden al iets afwijken van de eerdere trainingsomstandigheden. Hier zal echter geen tijd voor zijn tijdens een korte trainingsweek.

Een hogere omgevingstemperatuur zorgt echter wel voor een hogere spiertemperatuur, wat gunstig is voor de explosiviteit. Of dit op de lange termijn zorgt voor een betere prestatie of juist een hoger blessurerisico, is onbekend.

Nadelen

Er bestaan wellicht enkele nadelen aan een trainingskamp in de zon. Zo ligt de trainingsintensiteit mogelijk lager, doordat de warmte ervoor zorgt dat er minder bloed naar de spieren gaat. Bovendien kan te veel ultraviolette straling schadelijk zijn voor de gezondheid. Ook moeten spelers na een vliegreis acclimatiseren door de hogere temperatuur en reisvermoeidheid, wat ten koste kan gaan van de trainingstijd. Bij tijdsverschil kan een jetlag optreden, waardoor spelers zelfs meerdere dagen moeten herstellen om in het juiste ritme te komen.

Conclusie

Op basis van de huidige literatuur zijn er fysiek en mentaal geen wonderen te verwachten van een trainingskamp in de zon. Omdat er mogelijk wat nadelen kleven aan een trainingskamp in de zon, kan op voorhand geen eenduidig advies worden gegeven of het is aan te raden.

Bronnen

  1. Agergaard J, Trøstrop J, Uth J, Vestergard Iversen J, Boesen A, Andersen JL, Schjerling P, Langberg H (2015) Does vitamin-D intake during resistance training improve the skeletal muscle hypertrophic and strength response in young and elderly men? – a randomized controlled trail. Nutr. Metab., 12: 32.
  2. Albers I, Zernickel E, Stern M, Broja M, Busch HL, Heiss C, Grotheer V, Windolf J, Suschek CV (2019). Blue light (λ= 453 nm) nitric oxide dependently induces β-endorphin production of human skin keratinocytes in-vitro and increases systemic β-endorphin levels in humans in-vivo. Free Rad. Biol. Med., 145: 78-86.
  3. Beecher ME, Eggett D, Erekson D, Rees LB, Bingham J, Klundt J, Bailey RJ, Ripplinger C, Kirchhoefer J, Gibson R, Griner D, Cox JC, Boardman RD (2016). Sunshine on my shoulders: weather, pollution, and emotional distress. J. Affect. Disord., 205: 234-238.
  4. Denissen JJ, Butalid L, Penke L, Van Aken MA (2008). The effects of weather on daily mood: a multilevel approach. Emotion, 8: 662-667.
  5. Farrokhyar F, Tabasinejad R, Dao D, Peterson D, Ayeni O, Hadioonzadeh R, Bhandari M (2014) Prevalence of vitamin D inadequacy in athletes: A systematic- review and meta-analysis. Sport Med., 45: 365-378.
  6. Golden RN, Gaynes BN, Ekstrom RD, Hamer RM, Jacobsen FM, Suppes T, Wisner KL, Nemeroff CB (2005). The efficacy of light therapy in the treatment of mood disorders: a review and meta-analysis of the evidence. Am. J. Psychiatry, 162: 656-662.
  7. Holick MF (2002) Sunligth and vitamin d: both good for cardiovascular health. J. Gen. Intern. Med., 17: 733-735.
  8. Huibers MJ, de Graaf LE, Peeters FP, Arntz A (2010). Does the weather make us sad? Meteorological determinants of mood and depression in the general population. Psychiatry Res., 180: 143-146.
  9. Jussila A, Huotari-Orava R, Ylianttila L, Partonen T, Snellman E (2016). Narrow-band ultraviolet B radiation induces the expression of β-endorphin in human skin in vivo. J. Photochem. Photobiol. B., 155: 104-108.
  10. Keller MC, Fredrickson BL, Ybarra O, Côté S, Johnson K, Mikels J, Conway A, Wager T (2005). A warm heart and a clear head: The contingent effects of weather on mood and cognition. Psychol. Sci., 16: 724-731.
  11. Klimstra TA, Frijns T, Keijsers L, Denissen JJ, Raaijmakers QA, Van Aken MA, Koot HM, van Lier PAC, Meeus WH (2011). Come rain or come shine: Individual differences in how weather affects mood. Emotion, 11: 1495-1499.
  12. Knippenberg S, Damoiseaux J, Bol Y, Hupperts R, Taylor BV, Ponsonby AL, Dwyer T, Simpson S, van der Mei IAF (2014). Higher levels of reported sun exposure, and not vitamin D status, are associated with less depressive symptoms and fatigue in multiple sclerosis. Acta Neurol. Scand., 129: 123-131.
  13. Kööts, L., Realo, A., & Allik, J. (2011). The influence of the weather on affective experience. J. Individ. Differ., 32: 74–84
  14. Lambert GW, Reid C, Kaye DM, Jennings GL, Esler MD (2002). Effect of sunlight and season on serotonin turnover in the brain. Lancet, 360: 1840-1842.
  15. Lucas RE, Lawless NM (2013). Does life seem better on a sunny day? Examining the association between daily weather conditions and life satisfaction judgments. J. Pers. Soc. Psychol., 104: 872-844.
  16. Noelke C, McGovern M, Corsi DJ, Jimenez MP, Stern A, Wing IS, Berkman L (2016). Increasing ambient temperature reduces emotional well-being. Environ. Res., 151: 124-129.
  17. Owens DJ, Fraser WD, Close GL (2015) Vitamin D and the athlete: emerging insights. Eur. J. Sport. Sci., 15: 73-84.
  18. Sansone RA, Sansone LA (2013). Sunshine, serotonin, and skin: a partial explanation for seasonal patterns in psychopathology? Innov. Clin. Neurosci., 10: 20-24.
  19. Toledo A, Karppinen T, Miettinen ME, Leppäluoto J, Vuolteenaho O, Ylianttila L, Kautiainen H, Snellman E, Partonen T (2019). Narrow-band ultraviolet B (NB UV-B) exposures improve mood in healthy individuals differently depending on chronotype. Chronobiol. Int., 36: 1570-1580.
  20. Veleva BI, van Bezooijen RL, Chel VG, Numans ME, Caljouw MA (2018). Effect of ultraviolet light on mood, depressive disorders and well‐being. Photodermatol. Photoimmunol. Photomed., 34: 288-297.
  21. Wacker M, Holick MF (2013) Sunlight and vitamin D. A global perspective for health. Dermatoendocrinol., 1: 51-108.