Spring naar content

Vraag voeding en groeispurt

Korte antwoord

Tijdens de groeispurt groeien kinderen aanzienlijk in de lengte. Naar eventuele aanpassingen in voeding gedurende deze specifieke periode is relatief weinig onderzoek gedaan. Wat er bekend is, is hieronder in het kort te lezen.

Tijdens de groeispurt neemt de dagelijkse energiebehoefte toe. Daarnaast spelen eiwit en calcium beiden een belangrijke rol in de groei van botten en/of spieren. Het lichaam zorgt er tijdens de groeispurt echter zelf voor dat het efficiënter omgaat met deze voedingsstoffen. Dit doet het lichaam door van eenzelfde hoeveelheid genuttigde calcium en eiwit, meer in het bloed op te nemen. De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid eiwit en calcium zijn daarom voor, tijdens en na de groeispurt gelijk. Voor calcium is deze aanbevolen dagelijkse hoeveelheid 1000-1300 milligram voor zowel jongens als meisjes. Voor eiwit geldt dat meisjes op topsportniveau dagelijks 1,5-1,7 gram per kilogram lichaamsgewicht eiwit nodig hebben. Voor jongens is dit 1,4-2,2 gram per kilogram lichaamsgewicht. De aanbevolen hoeveelheid eiwit voor kinderen op topsportniveau ligt dus vanzelfsprekend hoger dan de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voor minder actieve kinderen.

Uitgebreide antwoord

Groeispurt

Bij meisjes start de puberteit tussen hun 8e en 13e levensjaar. Bij jongens is dit wat later, tussen de 10 en 15 jaar. Tijdens de puberteit treedt er een aanzienlijke lengtegroei op; de groeispurt. Waar kinderen voorafgaand aan de puberteit per jaar gemiddeld zo’n vijf centimeter langer worden, stijgt dit bij meisjes tijdens de groeispurt naar gemiddeld 8.3 centimeter per jaar en bij jongens zelfs naar 9.5 centimeter per jaar. Vanzelfsprekend neemt hierbij ook het gewicht toe, grotendeels door een toename in vetvrije massa [6].
Naar eventuele aanpassingen in voeding gedurende deze specifieke periode is relatief weinig onderzoek gedaan. Wat er bekend is, is hieronder te lezen.

Energie

Tijdens de groeispurt neemt de energiebehoefte toe. Voor zeer actieve meisjes loopt de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid kilocalorieën van circa 2000 voor de start van de puberteit, tot ruim 2800 aan het einde van de groeispurt. Actieve jongens moeten voor de start van de puberteit dagelijks circa 2300 kilocalorieën nuttigen. Op hun 17e is dit opgelopen tot bijna 4000 kilocalorieën [5]. Een overzicht van aanbevolen dagelijkse hoeveelheid kilocalorieën per levensjaar voor actieve jongens en meisjes is te vinden in het artikel van Smith [5].
Omdat er grote verschillen zijn in de individuele energiebehoefte rondom de groeispurt, is het belangrijk om de energiebehoefte per sporter vast te stellen met een diëtist of voedingsdeskundige.

Eiwit

Eiwit speelt een belangrijke rol bij de groei van spieren en botten, dus heeft het lichaam voldoende eiwit nodig tijdens de groeispurt. Het klinkt daarom aannemelijk dat kinderen rond deze periode relatief meer eiwit moeten eten. Dit blijkt echter niet nodig [1,6]. Gedurende de puberteit gaat het lichaam onder invloed van hormonen efficiënter om met het eiwit dat het via het voedsel binnenkrijgt [3,6]. Zo breekt het puberlichaam het aminozuur leucine minder snel af en blijft er meer van dit aminozuur behouden in het lichaam. Daarnaast lijkt het erop dat eiwit minder snel als energiebron gebruikt wordt [3,6].

Voor jonge sporters geldt daarom tijdens de groeispurt dezelfde aanbevolen dagelijkse hoeveelheid eiwit als voor of na de groeispurt. Deze aanbevolen dagelijkse hoeveelheid eiwit hangt voor sporters sterk samen met de stikstofbalans. Eiwit bevat stikstof. Deze stikstof komt vrij wanneer eiwit wordt afgebroken en verlaat het lichaam vervolgens voornamelijk via urine. Door te berekenen hoeveel stikstof binnenkomt via voedsel en te meten hoeveel het lichaam verlaat via urine, kan de stikstofbalans berekend worden. Wanneer er meer stikstof het lichaam verlaat dan dat er via eiwit binnenkomt, is er sprake van een negatieve stikstofbalans. Dit is voor een sporter geen goed teken, want hierbij is de kans op spierafbraak groot. Een sporter wil het liefst een positieve stikstofbalans, wat betekent dat spieren herstellen en groeien.

Om een positieve stikstofbalans te behalen moeten meisjes op topsportniveau, zowel tijdens als buiten de groeispurt, dagelijks minimaal 1,5 gram per kilogram lichaamsgewicht eiwit nuttigen. Voor jongens is dit 1,4 gram per kilogram lichaamsgewicht. Voor een hogere stikstofbalans is het goed om nog wat meer eiwit in te nemen. Hiervoor is het maximum voor meisjes 1,7 gram per kilogram lichaamsgewicht, en voor jongens 2,2 gram per kilogram lichaamsgewicht. Een nog hogere inname van eiwit zorgt er niet voor dat het lichaam nóg meer eiwit gebruikt voor bijvoorbeeld spieraanmaak [1].

Bovenstaande getallen zijn afkomstig uit een onderzoek bij sprinters. Sprinters hebben doorgaans meer spiermassa dan tennissers, waardoor hun eiwitbehoefte waarschijnlijk wat hoger ligt. De maximale waarden voor eiwitinname liggen bij tennissers dus mogelijk wat lager. Om er absoluut zeker van te zijn dat een speler de juiste hoeveelheid eiwit neemt, moet de stikstofbalans per individu gemeten worden. Het meten van de stikstofbalans is in de topsportpraktijk echter moeilijk uitvoerbaar. Wanneer het gewenst is om de optimale dagelijkse hoeveelheid eiwit per individu te bepalen, dan is het raadzaam hiervoor contact op te nemen met een diëtist of voedingsdeskundige. Uit bovenstaand onderzoek bij de sprinters blijkt in ieder geval duidelijk dat groei niet van invloed is op de stikstofbalans [1]. Oftewel, of kinderen zich nu wel of niet in de groeispurt bevinden, het advies omtrent eiwit-inname is gelijk. Het advies voor kinderen op topsportniveau ligt, door hun hoge mate van fysieke activiteit, uiteraard wel hoger dan de gemiddelde aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voor minder actieve kinderen kinderen. Het is belangrijk dat kinderen de eiwitinname over de gehele dag verspreiden [5]. Daarnaast geniet eiwit uit voedsel de voorkeur boven eiwit uit supplementen [5].

Calcium

Naast eiwit, speelt ook calcium een belangrijke rol in de groei van botten. De beschikbaarheid van calcium voor botgroei is niet alleen afhankelijk van de hoeveelheid calcium in het voedsel, maar ook van de opname van calcium door het bloed. Hoe goed calcium door het bloed wordt opgenomen, wordt onder andere beïnvloed door het stofje calcitriol, een variant van vitamine D. Hoe meer calcitriol in het lichaam, hoe meer calcium er uit het voedsel opgenomen wordt. Tijdens de groeispurt is de concentratie calcitriol in het bloed op zijn hoogst [4]. Dit betekent dat er tijdens deze periode een grotere hoeveelheid calcium uit eenzelfde hoeveelheid voedsel wordt opgenomen dan voor of na de groeispurt. Net als bij eiwit, zorgt het lichaam er tijdens de groeispurt dus zelf voor dat het uit het voedsel haalt wat het nodig heeft, zodat voorzien wordt in de toegenomen calciumbehoefte. Ook wat betreft calcium geldt daarom dat de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid gelijk is voor kinderen tijdens of buiten de groeispurt. De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid om tekorten te voorkomen ligt in de puberteit tussen de 1000 en 1300 milligram voor zowel jongens als meisjes [2,5,7]. Dit komt ongeveer overeen met een combinatie van 250 gram broccoli en 4 glazen halfvolle melk.

Het is daarnaast niet nodig om meer vitamine D binnen te krijgen via het voedsel om zo de opname van calcium nog verder te verbeteren. Neemt de hoeveelheid vitamine D via het voedsel toe, dan neemt de hoeveelheid calcitriol namelijk af [4]. Zo is het netto-effect op de opname van calcium dus gelijk.

Bronnen

  1. Aerenhouts D, Van Cauwenberg J, Poortmans JR, Hauspie R, Clarys P (2013). Influence of growth rate on nitrogen balance in adolescent sprint athletes. Int. J. Sport. Nutr. Exerc. Metab., 23:409-417.
  2. Bailey DA, Martin AD, McKay HA, Whiting S, Mirwald R (2000). Calcium accretion in girls and boys during puberty: a longitudinal analysis. J. Bone Miner. Res., 15:2245-2250.
  3. Beckett PR, Jahoor F, Copeland KC (1997). The efficiency of dietary protein utilization Is increased during puberty. J. Clin. Endocrinol. Metab., 82: 2445–2449.
  4. Ilich JZ, Badenhop NE, Jelic T, Clairmont AC, Nagode LA, Matkovic V (1997). Calcitriol and bone mass accumulation in females during puberty. Calcif. Tissue Int., 61:104-109.
  5. Smith JW, Holmes ME, McAllister MJ (2015). Nutritional Considerations for Performance in Young Athletes. J. Sports Med., 2015:734649. doi:10.1155/2015/734649.
  6. Soliman A, De Sanctis V, Elalaily R (2014). Nutrition and pubertal development. Indian. J. Endocrinol. Metab., 18(Suppl 1):S39-47.
  7. Vatanparast H, Bailey DA, Baxter-Jones AD, Whiting SJ (2010). Calcium requirements for bone growth in Canadian boys and girls during adolescence. Br J Nutr., 103:575-580.