Spring naar content

Word je sterker van rompstabiliteitsoefeningen?

Rompstabiliteitsoefeningen worden veel gebruikt als krachttraining, maar het is de vraag of deze het meest geschikt zijn om de spierkracht van de rompspieren te vergroten. Een uitgebreid literatuuronderzoek van Duitse en Oostenrijkse bewegingswetenschappers laat namelijk zien dat er geen aanwijzingen zijn dat sporters sterker worden van deze oefeningen of dat ze er beter door gaan presteren.

Veel sporters hebben de laatste decennia rompstabiliteitsoefeningen ingevoerd in hun trainingsschema, bijvoorbeeld als onderdeel van de warming-up. Het idee achter deze oefeningen is om de (dieper gelegen) spieren van de romp en andere spieren die bijdragen aan stabiliteit tijdens het sporten, sterker te maken. Doordat sporters deze oefenvormen massaal toepassen, lijkt het voor de hand te liggen dat dit ook de meest geschikte trainingsvorm is om de stabiliteit van de romp te verbeteren. Klaus Wirth en zijn collega’s vroegen zich af of hier bewijs voor is. Deze manier van trainen zou namelijk ook een voorbeeld van papegaaigedrag kunnen zijn: de concurrent doet het, dus doe ik het ook. De onderzoekers hebben alle studies naar rompstabiliteitstraining onder de loep genomen en de bevindingen op een rijtje gezet.

Geen bewijs

Opvallend genoeg hebben de onderzoekers geen bewijs gevonden dat het uitvoeren van rompstabiliteitsoefeningen een effectieve methode is om de kracht van de rompspieren van sporters te verbeteren. Ook de veronderstelling dat met rompstabiliteitsoefeningen specifiek dieper gelegen rompspieren getraind worden, blijkt niet door wetenschappelijk onderzoek gestaafd te worden. Wirth en collega’s hebben überhaupt geen onderzoek gevonden waarin rompstabiliteitsoefeningen met andere vormen van krachttraining zijn vergeleken.

Er is ook geen bewijs dat het uitvoeren van dergelijke oefeningen op een onstabiele ondergrond de kracht van de rompspieren kan vergroten, hoewel trainers dit wel soms denken. Daarentegen zijn er wel aanwijzingen dat hiermee de coördinatie van spieren te verbeteren is. Dit is echter inherent aan elke trainingsvorm waarbij meerdere spieren actief zijn gedurende een beweging. Met andere woorden, deze “winst” is bij elke trainingsvorm te behalen.

Verder blijkt er geen bewijs te zijn dat rompstabiliteitstraining leidt tot een verbetering van de sportprestatie. Aangezien er geen bewijs is voor een verbetering van de kracht van de rompspieren, is dit ook niet verwonderlijk.

De onderzoekers stellen verder vast dat sporters in de praktijk vaak weinig herhalingen doen bij een relatief lage weerstand. Dit heeft als nadeel dat de trainingsprikkel te laag zou kunnen zijn voor een optimaal trainingseffect. Sporters doen een klein aantal herhalingen omdat op een gegeven moment vermoeidheid optreedt, waardoor de oefening moeilijker correct uit te voeren is. Wanneer een sporter door de vermoeidheid onstabieler wordt, kan dit volgens de onderzoekers blessures in de hand werken.

Conclusie

Hoewel rompstabiliteitstraining eenvoudig door meerdere sporters tegelijk en snel uit te voeren is, is het hoogst twijfelachtig of deze trainingsvorm de meest effectieve methode is om rompstabiliteit te verbeteren.

Bron

  1. Wirth K, Hartmann H, Mickel C, Szilvas E, Keiner M, Sander A (2016) Core stability in athletes: a critical analysis of current guidelines. Sports Med., In Press DOI: 10.1007/s40279-016-0597-7